Kwartiermaken: Voor inclusie en diversiteit 

20 januari 2023 • Michi Almer • BOEKBESPREKING

voorkant Buiten het gewoneMensen die kampen met psychische problemen willen meestal een zo ‘normaal’ mogelijk leven leiden: meedoen in de samenleving, wonen in een wijk, contact met buren en vrienden en bezigheden die hun dagen structureren en het gevoel geven iets nuttigs te doen. En net als ieder ander willen ze daarvoor het liefst betaald worden. 
Ook het overheidsbeleid wil dat zoveel mogelijk mensen meedoen: zelfstandig wonen en hun eigen geld verdienen. Maar helaas, wat iemand wil en nodig heeft past vaak niet bij wat de samenleving biedt en eist. Theorie en praktijk van ‘Kwartiermaken’ proberen deze kloof te overbruggen. 

Als meedoen niet vanzelf gaat
Tien lezingen van Doortje Kal, die ruim twintig jaar geleden kwartiermaken op de kaart zette, zijn gebundeld in het fraai uitgegeven boek ‘Buiten het gewone’. De lezingen zijn gehouden bij uiteenlopende organisaties, van woningbouwcoöperaties tot ggz, en geven samen met vele ‘terzijdes’ een mooi overzicht van de kracht van deze benadering. Initiatiefneemster Gerda Scholtens stelt in haar inleiding dat idee en praktijk van kwartiermaken veel te weinig bekendheid genieten bij beleidsmakers in het sociale domein.  Dit boek maakt duidelijk hoe jammer dat is.

Wie Doortje Kal hoort spreken - of dit boek leest! - raakt onder de indruk van haar betrokkenheid bij mensen die in een kwetsbare positie verkeren, haar inzet om die te verbeteren en haar eerlijke en nauwgezette analyse van alle problemen die daarbij komen kijken. 

Aan de horizon verschijnt het perspectief van een zorgzame, diverse en inclusieve samenleving waarin iedereen zichzelf kan zijn en erbij kan horen.  De vele hindernissen en valkuilen op de weg daarnaar toe worden in kaart gebracht met behulp van inzichten van denkers die vaak als ‘moeilijk’ gezien worden, maar Doortje Kal maakt duidelijk hoe ze kunnen helpen de weerbarstige praktijk beter te begrijpen.  

‘De vreemde ander’ 
bijdoortjeanderLaat ik beginnen met een begrip waarmee Kal de nodige irritatie gewekt heeft in onze kringen van ggz-clienten en hun beweging: ‘de vreemde ander’. Zo willen we niet gezien worden! Weer een stigma erbij? Of…? Doortje Kal ontleent dit begrip aan de Waalse feministe Luce Irigaray, die stelt dat vrouwen in de mannelijk gedomineerde cultuur geen eigen plek hebben. Zij worden bekeken en er wordt over hen gesproken, maar voor hun eigen perspectief  en hun eigen spreken is geen ruimte. Vrouwen zijn dus voor Irigaray ‘de vreemde ander’ in een op mannelijke leest gebaseerde cultuur: ze mogen meedoen mits ze zich aanpassen aan de mannelijke norm. Dat betekent niet alleen dat vrouwen niet zichzelf kunnen zijn als ze erbij willen horen; het betekent ook een verarming van de cultuur, die veel van wat bij het leven hoort en het de moeite waard maakt, aan vrouwen toeschrijft. Denk aan emotionaliteit, lichamelijkheid, zorgzaamheid en dergelijke. Irigaray pleit daarom voor een cultuurverandering die ruimte maakt voor vrouwen en vrouwelijkheid, die verschillen kan respecteren en het binaire denken achter zich laat. 

Diversiteit omarmd
Kal trekt deze gedachte door naar andere groepen die niet ‘zomaar’ mee kunnen doen in onze samenleving, zoals mensen met een migratieachtergrond, mensen met lichamelijke of verstandelijke beperkingen en mensen met psychiatrische problemen. Dat er zo veel groepen onder de noemer ‘vreemde ander’ kunnen worden geschaard, weerspiegelt volgens Kal de steeds rigider wordende grenzen van wat in onze samenleving nog als ‘normaal’ geldt. Ze constateert een ‘verontrustende mate van ongeborgenheid’. Om daar iets aan te doen, zal de samenleving zelf moeten veranderen en gastvrijer worden. 

Gastvrijheid 
De gastvrijheid die hier in het geding is, heeft gevolgen voor wie haar verleent. Gastvrij zijn, betekent bereid zijn de ‘gewone gang van zaken’ te doorbreken om ruimte te maken voor ‘de vreemde ander’, voor onbekenden die wellicht moeite hebben om zich uit te drukken en duidelijk te maken wat zij nodig hebben. Waar het om gaat is ‘met verschillen te leven en verschil te laten leven zonder in onverschilligheid te vervallen’. Een mooie formulering, die duidelijk maakt dat dit verre van eenvoudig is. Kwartiermaken is werken aan deze gastvrijheid en Kal presenteert verschillende praktijken die dit doen.

Voorbeelden van kwartiermaken
Maatjesprojecten zoals vriendendiensten waarin een vrijwilliger gekoppeld wordt aan iemand voor wie ‘meedoen’ niet vanzelf gaat. Of een ‘maatje ter plaatse’ dat helpt om de kloof te overbruggen die mensen ervaren als ze voor het eerst aansluiting zoeken bij een sportclub, een eetgroep of een buurtactiviteit.  

bijdoortjegezinOok multiloog-bijeenkomsten werken aan gastvrijheid. Hier krijgen mensen de gelegenheid om op een voor iedere deelnemer gastvrije plek te vertellen over de problemen die zij in het dagelijkse leven ondervinden. Ook naasten, hulpverleners en anderen zijn welkom. Allen worden uitgenodigd te spreken vanuit de eigen ervaring en geduldig te luisteren, Ieder krijgt de ruimte die ze nodig hebben. Juist ook degenen die moeilijk uit hun woorden komen, niet gewend zijn dat er naar ze geluisterd wordt, en al vertellend nog zoeken naar wat ze eigenlijk willen zeggen. 

Voorts bespreekt Kal de presentiebenadering die probeert de ‘mis match’ te overbruggen tussen de bureaucratische systeemwereld en de vaak chaotische leefwereld van mensen die hulp zoeken. Kernbegrippen zijn hier: nabijheid en aansluiten bij de manier waarop de cliënt de werkelijkheid ziet en beleeft, erkennen dat het probleem waar de cliënt mee komt ertoe doet, ook al begrijpt de hulpverlener het nog niet. Ook raadt Andries Baart, de geestelijke vader van de presentiebenadering, hulpverleners aan om te zoeken en nieuwsgierig te zijn naar de positieve kanten van een afwijkende levensstijl, opdat cliënten respect en interesse ervaren in plaats van afwijzing en veroordeling.  

Strijdigheid
Het ontbreken van gastvrijheid leidt tot strijdigheid – een begrip dat Kal ontleent aan de Franse filosoof Lyotard en dat de kern vormt van wat zij kwetsbaarheid noemt. Strijdigheid wil zeggen dat iemand iets ervaart wat in de ogen van de ander niet kan bestaan – en waar in de taal van de dominante cultuur geen woorden voor zijn. Denk aan ervaringen van zwarte mensen met racisme die ontkend worden door degenen die volhouden dat racisme in ons land niet bestaat. Of aan iemand die wil spreken over existentiële vragen of over indrukwekkende ervaringen die hij of zij tijdens een psychose heeft gehad, terwijl de hulpverlening alleen geïnteresseerd is of de persoon in kwestie nu niet meer psychotisch is en ‘ziekte-inzicht’ heeft. De gevolgen zijn sprakeloosheid, gevoelens van onmacht, schaamte en isolement. Waarschijnlijk herinneren we ons allemaal wel hardnekkige steeds terugkerende conflicten met geliefden, collega’s of hulpverleners waar je langs elkaar heen blijft praten, niet duidelijk kunt maken wat pijn doet, wat je zou willen, de argumenten van de ander begrijpt, maar niet kunt verwoorden dat jouw probleem iets heel anders is. 

Dingen anders gaan zien
bijdoortje ladderDe lezingen die hier gebundeld zijn, zijn inspirerend en hoopgevend. Doortje Kal heeft de gave dingen te benoemen op een manier die ruimte schept om ze anders te gaan zien. Zelfredzaamheid noemt ze een hardvochtig begrip, omdat degenen die hulp zoeken omdat ze het zelf niet meer redden te horen krijgen dat ze zichzelf moeten redden. Een van de lezingen draagt de titel ‘Waar het huis geen zorg krijgt, vindt de ontmoeting niet plaats’. Het huis staat zowel voor de ggz als voor de samenleving. Ook de gastvrijheid van de psychiatrie laat te wensen over. Tegenover haar cliënten, maar ook tegenover hun familie, hun naasten, hun buren. Hoe meer er verwacht wordt van mantelzorgers, buren en andere betrokkenen, hoe belangrijker het is, dat ook zij gezien en gehoord worden als er iets extra’s nodig is of er problemen opdoemen. Ook hier is presentie van de hulpverleners belangrijk, maar helaas is die vaak ver te zoeken, onder andere vanwege de institutionele en economische structuren die hen gevangenhouden.  

Dingen anders doen
Kwartiermaken zou een ‘kraamkamer voor maatschappelijke verandering’ kunnen en moeten zijn. Een inclusieve samenleving, waar mensen tijd en aandacht voor elkaar hebben, zou niet alleen cliënten van de psychiatrie en al die andere kwetsbare groepen ten goede komen, maar ook alle anderen. Per slot van rekening zijn we allemaal – soms – kwetsbaar, en afhankelijk van aandacht en zorg van onze medemensen. 

doortje kal fotoIn Vlaanderen wordt kwartiermaken als manier van werken rond inclusie en ggz tegenwoordig erkend en gestimuleerd door de overheid. Dat is goed nieuws. Maar in Nederland zijn we helaas nog niet zover en dat is zorgelijk, want de samenleving blijft uitsluiting en eenzaamheid veroorzaken. De mensen die nog wel ‘gewoon’ aan het werk zijn, hebben het steeds drukker. ‘Iedereen is moe en niemand heeft tijd’ concludeerde Marguerite van den Berg in haar boek over de gevolgen van de flexibilisering van de arbeidsmarkt.1 De druk om nog meer uren te werken is het laatste jaar door de krapte op de arbeidsmarkt en de inflatie alleen maar toegenomen. En al die drukke en vermoeide mensen hebben steeds minder tijd om zich in te zetten voor hun kwetsbare medemens. Doortje Kal laat overtuigend zien dat het anders moet. Laten we hopen dat dit boek ook de beleidsmakers in Nederland bereikt!

1. (zie: https://www.tijdschriftdeviant.nl/534-druk-vermoeid-en-alleen).

Doortje Kal Buiten het gewone. 10 lezingen over kwartiermaken. (2022, 120 blz.) Uitgeverij Tobi Vroegh € 17,50