LSD op de divan: Bastiaans en de media
6 juni 2022 • Ruud Abma • BOEKBESPREKING
Jan Bastiaans (1917-1997) stond aan de wieg van de behandeling van psychische trauma’s in Nederland. Hij behandelde overlevenden van concentratiekampen die geteisterd werden door depressies, paniekaanvallen en psychosomatische klachten. Dat hij daar LSD bij gebruikte, maakt hem een omstreden figuur, die nog steeds de gemoederen bezig houdt. Leo van Bergen onderzocht in een recent verschenen boek hoe de media over Bastiaans berichtten. Ruud Abma las het voor Deviant tegen de achtergrond van eerdere publicaties over Bastiaaans en zijn werk.
Fascinatie
Psychotraumatologie is een erkend vak geworden. In Nederland kreeg het een institutionele basis in specialistische centra waaronder het Sinai Centrum en Stichting Centrum ’45, dat tegenwoordig onderdeel is van het landelijke expertisecentrum ARQ. Dit Centrum initieerde ook de leerstoel ‘Medisch-biologische en psychiatrische aspecten van psychotrauma's’ waarop in 2013 Eric Vermetten werd benoemd. Vermetten was in 2003 gepromoveerd op de biologische aspecten van de posttraumatische stress-stoornis (PTSS), maar raakte later gefascineerd door het werk en de persoon van psychiater-psychoanalyticus Jan Bastiaans (1917-1997) die in Nederland de psychische nasleep van schokkende oorlogservaringen op de kaart zette. Bastiaans had vanaf het midden van de jaren zestig de aandacht getrokken door het gebruik van LSD bij de behandeling van kampslachtoffers.
In die fascinatie-met-terugwerkende-kracht voor Bastiaans stond Vermetten niet alleen. Zo verscheen in 2000 het proefschrift van Stephen Snelders over LSD en de psychiatrie in Nederland, en in 2009 het proefschrift van Bram Enning ‘De oorlog van Bastiaans’. Waarom dan nu dit nieuwe boek, geschreven door medisch historicus Leo van Bergen? Uit het voorwoord van Vermetten kun je opmaken dat het bedoeld is als een hommage aan Bastiaans en zijn werk. Dat werk was niet onomstreden (zoals de genoemde Enning goed heeft laten zien), waardoor de vraag rijst hoe Bastiaans zo populair heeft kunnen worden bij het grote publiek. Die vraag probeerde Van Bergen te beantwoorden door via Delpher krantenartikelen uit de periode 1954-1987 te doorzoeken met termen als ‘kampsyndroom’, ‘KZ-syndroom’, ‘PTSS’ en ‘Bastiaans’.
De grote Bastiaans
In het begin van de jaren zeventig werd de naam Bastiaans even bekend als die van Loe de Jong als het ging om de Tweede Wereldoorlog en de nasleep daarvan. In 1957 was Bastiaans gepromoveerd op Psychosomatische gevolgen van onderdrukking en verzet, en in 1963 werd hij hoogleraar psychiatrie aan de Rijksuniversiteit Leiden en directeur van de Jelgersma-kliniek. Daar ging hij zich toeleggen op de behandeling van kampslachtoffers, waardoor zijn reputatie als deskundige op dit gebied groeide. Daar kwam bij dat Bastiaans zelf nadrukkelijk de media zocht, onder andere door een film te laten maken over zijn behandelmethode. Begrijpt u nu waarom ik huil… uit 1969 was aanvankelijk bedoeld voor een select publiek maar werd mede op instigatie van Bastiaans zelf in 1972 op TV vertoond. Daarmee werd zijn naam bekend bij het grotere publiek en door zijn openbare optredens als deskundige in de jaren daarna (bijvoorbeeld bij de discussies over de vrijlating van de Drie van Breda, de affaire-Aantjes en de Molukse gijzelingen) groeide zijn reputatie alleen maar. Bastiaans werd ‘vraagbaak en orakel in een’ als het ging om psychotrauma’s. En zijn boodschap was telkens: de trauma’s worden onderschat, de hulpverlening moet worden uitgebreid.
Verdrongen emoties
Wat was nu precies zijn behandelmethode en welke visie ging er achter schuil? Kort gezegd was het een combinatie van psychoanalyse en psychosomatiek. Kampslachtoffers verdrongen de gruwelen die ze hadden meegemaakt en dat leidde op latere leeftijd vaak tot psychische en somatische aandoeningen, aldus Bastiaans: ‘Zo’n massale woede, die zó lang onderdrukt werd, kan het organisme niet verwerken. En dan wordt die machteloze woede ergens opgeborgen: in het hart, in astma, in een suikerziekte, in andere organen.’ (53) Om de klachten te verhelpen moesten de onverwerkte emoties weer naar boven gehaald en ‘doorgewerkt’ worden; een terugkeer naar ‘de hel van het kamp’ was noodzakelijk. Bij een klassieke psychoanalytische behandeling duurde dat volgens Bastiaans te lang en daarom greep hij naar paardenmiddelen, zoals narcoleptica en LSD. Hij stimuleerde de emotionele herbeleving met theatrale middelen die de kampsituatie uitbeeldden. Tegelijkertijd bleef hij zelf de vertrouwenwekkende figuur (‘papa Bas’) bij wie de patiënten konden uithuilen.
De methode-Bastiaans
Er ontstond een wederzijdse band tussen Bastiaans en zijn patiënten, die ook buiten de therapiekamer tot uitdrukking kwam. Zo hielp Bastiaans kampslachtoffers een uitkering te krijgen, en omgekeerd kwamen zij in het geweer als aan de autoriteit van Bastiaans getornd werd. Dat laatste gebeurde rond 1980 steeds vaker, omdat de ‘methode-Bastiaans’ niet op onderzoek gebaseerd was en de effectiviteit ervan evenmin werd onderzocht. Van iedere behandelsessie werden weliswaar bandopnames gemaakt maar deze dienden vooral therapeutische doelen (patiënten kregen de opnames mee om ze thuis te beluisteren). Ze maakten geen onderdeel uit van een systematische verslaglegging van de behandelingen want die was er simpelweg niet.
De ‘methode-Bastiaans’ was dus in alle opzichten persoonsgebonden en dat bracht hem ook in moeilijkheden, al was het maar doordat niemand in zijn voetsporen kon of wilde treden. Toen hij met emeritaat moest gaan was er geen opvolger. Binnen zijn eigen vakgebied zag men zijn werkwijze als verouderd en het gebrek aan onderbouwing als ontoelaatbaar. Het vergde de overredingskracht van Bastiaans zelf en de publieke hefboom van de oud-verzetsstrijders en kampslachtoffers om hem nog een tijdje zijn werk, op zijn manier, te laten doen.
Van Bergen laat goed zien hoe Bastiaans decennialang de publieke opinie bespeelde en daarmee, ondanks diverse uitglijers, zijn status wist te handhaven. Het boek is vlot geschreven en fraai geïllustreerd, maar door zijn volgzaamheid ten opzichte van de doorzochte krantenknipsels ook wat oppervlakkig en fragmentarisch. Wie zich echt wil verdiepen in het werk van Bastiaans kan beter terecht bij het proefschrift van Bram Enning.1 En voor toekomstig onderzoek zou het interessant zijn de bewaard gebleven geluidsbanden van Bastiaans’ therapiesessies te analyseren.
Bevrijd. Het concentratiekampsyndroom en de LSD-behandeling van Jan Bastiaans. Leo van Bergen, 2022. Quo Vadis Uitgeverij, 416 blz. € 32,50
1. De oorlog van Bastiaans. De LSD-behandeling van het kampsyndroom. Bram Enning. 2009. Augustus