Op zoek naar de ware waan
5 februari 2021 • Michi Almer • WANEN
De vraag wat een waan is komt op gezette tijden terug in de psychiatrie. Het antwoord van de DSM luidt ‘een overtuiging die niet klopt, en waar hardnekkig aan wordt vastgehouden’. Daarmee is echter nog niets gezegd over hoe zo’n waan ervaren wordt. De Vlaamse fenomenoloog en psycholoog Jasper Feyaerts pleit in ‘Delusions beyond Beliefs’ voor aandacht voor juist de ervaring van wanen. Dit artikel is inmiddels geaccepteerd in het pretentieuze tijdschrift The Lancet Psychiatry. Het stond centraal tijdens het tweede P.C. Kuiperdebat, georganiseerd door de Stichting Psychiatrie en Filosofie en De Jonge Psychiater – als webinar.
Waan en werkelijkheid
Het thema is actueler dan ooit: de wereld wordt geteisterd door een pandemie die onze samenleving en ons dagelijks leven ingrijpend heeft veranderd. Volgens nogal wat mensen is het virus opzettelijk verspreid door duistere figuren die middels vaccinatie alle mensen van chips willen voorzien – of zoiets. In de Verenigde Staten zijn miljoenen ervan overtuigd dat Trump de verkiezingen had gewonnen als zijn tegenstanders de stemmen die daarvoor nodig waren niet hadden laten verdwijnen. Zo zijn er meer onderwerpen waarover niet alleen de meningen sterk uiteenlopen, maar ook de vraag wat werkelijk en waar is zeer verschillend wordt beantwoord. Wie zich beroept op feiten kan rekenen op een antwoord dat stoelt op alternatieve feiten; beide groepen zijn ervan overtuigd dat de andere groep is losgezongen van de werkelijkheid en een overtuiging aanhangt die niet klopt.
Continuüm?
Toch zien we zulke overtuigingen, al voldoen ze aan de DSM-definitie van een waan, niet als psychiatrische kwesties. Feyaerts werpt de vraag op of de wanen die tot het domein van de psychiatrie behoren fundamenteel verschillen van zulke vreemde, maar toch tamelijk frequente en in die zin ‘normale’, overtuigingen. Men lijkt er nu van uit te gaan dat dat niet zo is: in de cognitieve psychologie en de neurowetenschap worden wanen net als andere niet kloppende overtuigingen gezien als gevolg van redeneerfouten, gecombineerd met de neiging het zelfbeeld te beschermen door vast te houden aan wat men eerder dacht. Cognitieve gedragstherapeuten richten zich bij de behandeling van wanen dan ook op rationele argumenten en zoeken samen met de cliënt naar overtuigingen die beter passen bij de werkelijkheid. Ook in de ‘Nieuwe GGZ’ wordt benadrukt dat wanen in het verlengde liggen van andere overtuigingen. Dat zou moeten leiden tot meer begrip voor psychoses en wanen.
Geen ‘alternativ facts’ maar een andere werkelijkheid
Ook Feyaerts streeft naar meer begrip, maar dat begint voor hem niet bij wat mensen denken, maar bij wat ze meemaken: Wanen berusten niet op een verkeerde interpretatie van de alledaagse werkelijkheid maar op een indrukwekkende en verontrustende verandering in de manier waarop die werkelijkheid wordt ervaren, stelt hij in navolging van fenomenologen als Karl Jaspers en Louis Sass. Wie een waan beleeft, krijgt een volstrekt nieuw en voor haar of zijn eigen gevoel waarachtiger beeld van de werkelijkheid. De realiteit, die anderen als vanzelfsprekend zien, kan overkomen als iets wat afhankelijk is van de eigen waarneming, of als iets wat gekunsteld is: een slechte kopie van de echte realiteit. Alles wat vanzelfsprekend leek, voelt nu betwijfelbaar. Dat kan angsten oproepen, maar ook een gevoel van vrijheid geven.
Het is hoe dan ook een indrukwekkende ervaring, die ook voor wie haar ondergaat moeilijk te begrijpen is, en waarover het nog moeilijker communiceren is. Juist daarom is het belangrijk dat hulpverleners beseffen wat er aan de hand is en zoeken naar manieren om de eenzaamheid die zo’n ervaring met zich mee brengt te doorbreken.
Wanen in de praktijk
Psyychiater en filosoof Josephine Lenssen, de tweede spreker van de middag, vult het verhaal van Fyaerts aan met voorbeelden uit de praktijk. Ook daar blijkt de vraag of iets wat iemand denkt waar is niet altijd relevant. Ze vertelt over een vrouw die zich belaagd voelt door haar moeder die inderdaad zeer controlerend is, elke dag belt, ook met de vriend van haar dochter. Tot zover dus geen waan, maar werkelijkheid. Dan blijkt de dochter bang te zijn dat haar moeder het water dat uit de kraan komt heeft vergiftigd. Ze weigert kraanwater te drinken al weet ze dat anderen, waaronder haar vriend, dat drinken zonder ziek te worden. Ze beseft dus ergens dat het water niet vergiftigd is, maar kan het idee en de angst toch niet los laten.
In de andere voorbeelden die Lenssen geeft is het nog duidelijker dat de waan uit een veranderde beleving voortkomt: een man is ervan overtuigd dat er een chip in zijn hoofd is geplant waardoor hij stemmen hoort en zich gecontroleerd voelt. Hij vertelt dat hij zich vervreemd voelt. Uiteindelijk wordt er een hersenscan gemaakt, waar uiteraard geen chip te zien is, maar ook dat kan hem niet overtuigen. Een ander heeft het gevoel een derde oog te hebben en een – hem nog onbekende –missie. Hij heeft daar last van maar wil dat derde oog en zijn missie ook niet kwijt. Lenssen toont met dit voorbeeld dat behandeling die zich richt op symptoomreductie lang niet altijd overeenkomt met de hulpvraag. Deze cliënt zoekt waarschijnlijk hulp bij het uitzoeken wat zijn missie zou kunnen zijn.
Je leven veranderen
Ook Dorien Nieman, psycholoog en onderzoeker aan het Amsterdam UMC waardeert de fenomenologie omdat zij helpt te begrijpen wat iemand in een psychose meemaakt. Daarnaast, en wat haar betreft even belangrijk, willen we –biologisch – verklaren hoe dit kan gebeuren. Ze merkt op dat een psychose, of een andere psychische crisis, vaak een teken is dat iemand een leven leidt dat niet bij haar of hem past. Om uit die crisis te komen moet je je leven helemaal omgooien. Een jongeman vertelde na een psychose: “Ik was mezelf even helemaal kwijt geraakt maar ben nu bezig me mozaïek stukje voor mozaïek stukje weer op te bouwen. Niet hetzelfde maar ‘versie 2.0’ van mezelf” Niet terug naar normaal dus, maar groei. Met enige schroom – ‘blij dat ik jullie gefronste voorhoofden niet kan zien’ – gebruikt zij de woorden ‘ziel’ en ‘authentiek zelf’ om aan te duiden wat deze ontwikkeling aanstuurt. Behandeling zou zich eerder op emoties dan op cognities moeten richten, naar verbinding met de cliënt streven en gebruik maken van kunst.
Dwalen in het vormeloze
Wouter Kusters maakt twee kanttekeningen bij het artikel van Feyaerts: het lijkt alsof er twee manieren zijn om de werkelijkheid te ervaren: een normale en een waanzinnige, maar hoe kom je van de ene naar de andere? Volgens hem kun je deze transformatie opvatten als de-formatie die gevolgd wordt door re-formatie. De waan zelf is dan een poging tot reformatie.
De deformatie legt hij uit aan de hand van de filtertheorie: zonder filters zouden we overspoeld worden door betekenisloze indrukken, filters zorgen ervoor dat we kunnen focussen op de relevante informatie. Maar wat is relevant? Kusters pleit voor “een onderzoek naar de drijfveren, en de doeleinden van het proces van de-formatie. Waar wil de waanzinnige naar toe? Welke plaats, welk paradijs, welke sfeer, welke god of goden ontwaart hij of zij in dat vormeloze? “
Zulke vragen leiden ons naar spirituele en mystieke tradities, maar die hebben weer een te rooskleurig beeld van deze vormeloze ervaring die ook ongekende angsten en eenzaamheid met zich mee brengt.
Bovendien kijkt de fenomenologie alleen naar de individuele ervaring, terwijl bij wanen juist de connectie tussen mensen en tussen binnen- en buitenwereld in het geding is.
“De deformatie en de reformatie tot wanen, vinden plaats op (een) membraan van taal en denken, dat tussen de wanende en de wereld is gespannen. De waanzin is een connectie- of anders gezegd, een contactprobleem, en om (..) verder te komen is een allereerste vereiste dat er contact wordt gemaakt.”
In de op de presentaties volgende discussie blijken de deelnemers, waaronder ook enkele behoorlijk orthodoxe psychiaters, opmerkelijk eensgezind. Dat stemt hoopvol. Zou contact maken, verbinding zoeken, aandachtig luisteren, proberen je in te leven en proberen te snappen wat de problemen zijn die zich in een psychose uiten eindelijk het ‘nieuwe normaal’ worden in de psychiatrie?
Op de site van de Stichting Psychiatrie en filosofie is hier de tekst van de presentaties te vinden.
Op vrijdag 26 maart zal een tweede webinar over wanen gehouden worden. Dan spreken de ervaringsdeskundige schrijvers Berry Vorstenbosch en Robert Swier met geestelijk verzorger Eva Ouwehand en psychiater Alan Ralston over de relatie tussen wanen en mystiek en religie. Zie hier voor verdere informatie