Vreemd, tussen het oude en nieuwe normaal

9 juli 2020 • Amador Fernández-Savater • CORONA TIJD

tamas tuzes katai 8AAjAP6FtpM unsplashDe coronacrisis heeft velen aan het denken gezet. Ze heeft sommigen verlamd, anderen doodsbang gemaakt, levens verwoest, tot stress geleid, tot verveling en tot de vraag: hoe nu verder. Maar ook tot gevoelens van zinloosheid. Er is het nodige over geschreven. De Spaanse filosoof en politiek denker Amandor Fernández-Savater constateert dat we ons vreemd blijven voelen ook al worden de maatregelen versoepeld. Hij moedigt ons aan dat gevoel te verdragen. We kunnen er veel van leren. 

Er klopt iets niet
Gesprekken met vrienden in fase twee1: “Ik voel me heel raar,” zegt de één. 
Een ander: “Ik ben behoorlijk de kluts kwijt.” 
Mij vergaat het niet anders: ik voel me vreemd, misplaatst, alsof ik de weg kwijt ben. 
“Ik ben blijven steken in fase 0” grap ik. Ik werk weinig, blijf zo veel mogelijk thuis en alleen sommige ontmoetingen maken dat ik me goed voel. 

Misschien moeten we stilstaan bij het feit dat we ons zo raar voelen. Misschien heeft dat gevoel ons iets te zeggen…
We voelen ons raar als er iets niet klopt, als we niet passen in wat er gaande is. We slagen er niet in mee te bewegen met de fasen die ons moeten leiden naar het nieuwe normaal. Je vreemd voelen is een soort verzet tegen de normalisering die gaande is. Het objectieve ritme van de fasen en ons subjectieve ritme lopen niet synchroon. 

Dat je je vreemd voelt is niet vreemd. Het is een teken van gezondheid en vitaliteit, van verzet tegen de aanpassing en het vergeten. De uitdaging is dat rare gevoel te verdragen en niet ervoor weg te lopen. 

Ingrijpende verandering
Waarom passen we niet in het nieuwe normaal? Wat we de afgelopen maanden hebben meegemaakt heeft sporen in ons achtergelaten, sporen van een gebeurtenis, effecten van een interruptie. Die sporen maken dat we aarzelen op de weg naar het nieuwe normaal dat, al draagt het een mondkapje, verdacht veel lijkt op het oude. 
Wat gebeurt is, is niet afgesloten. Misschien doet het pijn, maar het is beter zo. Afsluiten betekent normaliseren. Er is geen normaal, oud noch nieuw. Wat er is, is een proces van normalisering, dat alles wat zich niet voegt neutraliseert en de norm als enig mogelijke weg presenteert. 

Wat is ons overkomen? Plotseling was de gangbare visie op de werkelijkheid achterhaald. 
Eerst het idee dat ieder zijn eigen leven leidt. Het leven was niet langer een privé zaak. De onderlinge afhankelijkheid was plotseling heel concreet en materieel evident. Er is geen afzondering die besmetting kan voorkomen, niemand kan zichzelf redden. De ander werd, ondanks de sociale afstand, meer present: mijn lot is aan dat van anderen gekoppeld. De anderen tellen mee, doen ertoe. 
Ten tweede het idee dat werk en consumptie de zin van het leven vormen. Voor duizenden werden de routines van het dagelijks leven doorbroken. Zelfs doorgaan alsof er niets aan de hand was vereiste inspanning: doorgaan met werken, waarom? Doorgaan met consumeren, waarom?

100024absdl

Vragen, verontrusting en verlangens
Deze interruptie bracht vragen, verontrusting en verlangens met zich mee.
Vragen: Wat gebeurt er? Wat gaat mij overkomen, wat gaat ons overkomen? Wat is belangrijk, wat is essentieel, wat en wie zorgt voor ons? Wat heeft betekenis, welke relaties houden mij overeind, wat maakt mijn leven de moeite waard?

Verontrusting: omdat we met de neus op de feiten zijn gedrukt: de logica van de staat en de logica van de markt helpen ons niet.
De staat is ondanks de beste bedoelingen - voor zover die er zijn - blind voor de ongelijkheid en de onvergelijkbaarheid van verschillende levens. Er wordt bestuurd alsof de hele maatschappij uit een redelijk gesitueerde middenklasse zou bestaan. Thuis blijven, heel goed, maar wat als je geen huis hebt? Wat als je erop uit moet om iets te verdienen, omdat je anders morgen niet te eten hebt? Wat als je met velen in een kleine woning woont? Of als je fysieke of psychische problemen hebt, waardoor de quarantaine een ondraaglijke opsluiting wordt? Alle verschillen op grond van sekse, leeftijd, ras, klasse of geaardheid zijn voor de logica van de wet onzichtbaar. 

De markt helpt ons niet omdat zijn logica winstmaximalisatie altijd boven de zorg voor het leven stelt. Het is een logica die letterlijk buiten-aards is: boven het aardse, boven het leven op aarde en boven de aarde zelf. Het gaat niet om de productie van gebruikswaarde maar om ruilwaarde. Er wordt geen rijkdom voor allen geproduceerd, maar winst voor enkelen. De technische vooruitgang zorgt niet voor minder arbeidstijd, maar voor intensivering van de productie. Oorlog is een ideale gelegenheid om bepaalde waren (wapens) tot geld te maken. Ontslag en werkloosheid zijn de beste oplossing voor bedrijven die het moeilijk hebben. Gebrek aan duurzaamheid geldt als verdienmodel. 

De problemen van de bewoners van de aarde (mensen en niet-mensen) zijn oplossingen voor de economie. Daarom appelleerde de Italiaanse denker Antonio Gramsci aan onze gedeelde ‘aardsheid’ als argument tegen de kapitalistische logica van de winst.

Verlangens: naar de stilte, naar de tijd die we ons weer eigen konden maken, naar ontmoetingen met de natuur, de eerste wandelingen door steden die vrij zijn van lawaai, auto’s en stress, naar liefdevolle aandacht voor onbekenden, naar huiselijke creativiteit en de intensivering van verbondenheid. In duizenden ervaringen is een verlangen gewekt om op een andere manier te leven. 

100041absdl

Tegen de normalisering
Het leven komt zonder gebruiksaanwijzing. “Leven is niets anders dan brandende vragen” zei de dichter en toneelschrijver Antonin Artaud. Er is geen normaliteit, geen oude en geen nieuwe, er is enkel een permanent proces van normalisering: een constant blussen van telkens oplaaiend vuur van vragen over hoe we kunnen en willen leven. 

Als we ons vreemd voelen zijn we nog levend, houden we tegen de normalisering in vast aan onze vragen, onze verontrusting en ons verlangen. Proberen we dat alles te veranderen in materiaal om een nieuw verlangen en een nieuwe vorm van leven uit te vinden. Raar zijn betekent onze vragen serieus nemen, de sporen die de interruptie in ons heeft achtergelaten koesteren en nieuwe aandacht hebben voor onszelf en voor de werkelijkheid. 

Aandacht voor alles wat niet past is nodig, omdat onder de schijn van normalisering duizend wonden schuilgaan. Mensen die er niet meer zijn en wier afwezigheid ons doet afvragen: Is het normaal dat deze persoon er niet meer is? Was het een natuurlijke dood? Of een politieke dood, veroorzaakt door de manier waarop de maatschappij is ingericht? Plaatsen en dingen die er niet meer zijn: Is het normaal dat deze zaak gesloten is, dat deze persoon hier niet meer werkt? 

We voelen ons raar omdat we niet terug willen naar hetzelfde en omdat dat zelfde bovendien niet meer bestaat. 

Geen nieuw normaal
Daarbuiten is nog steeds het virus. Een nieuwe speler in het veld die alle anderen dwingt zich opnieuw te definiëren: nieuwe gewoonten, sociale afstand, en beschermende maatregelen op scholen, universiteiten, in winkels en het openbaar vervoer. We voelen ons raar omdat we gevoelig zijn voor al die dingen. 

Een vriendin, moeder van twee dochters zei: ik weet niet meer wat het betekent om moeder te zijn, voor welke wereld wij onze kinderen moeten opvoeden. De grond verdwijnt onder onze voeten. Dezelfde vraag kunnen leraren, therapeuten, sociaal werkers, kunstenaars en mensen in de zorg zich stellen. 

Er is geen normaliteit, geen oude en geen nieuwe. Er is alleen een proces van normalisering waarin de vragen die een uitweg zouden kunnen bieden en aanleiding zouden kunnen vormen niet langer te gehoorzamen maar in plaats daarvan samen nieuwe regels te verzinnen, onschadelijk gemaakt worden. 

Slecht nieuws
Het virus verspreidt zich door onze manier van leven (toerisme, drukke steden en dergelijke). Alsof er een soort radioactiviteit in de lucht is. We zouden kunnen zeggen dat de gangbare manieren van leven besmet en vergiftigd zijn. 
Er is geen terug naar hetzelfde. Zelfs wie deze zomer een vliegtuig neemt naar een paradijselijk oord zal zo nu en dan huiveren. 

We kunnen doorgaan met slecht nieuws: het nieuwe normaal is niet meer dan een tussenstation tussen twee noodtoestanden: de ene ligt achter ons en de andere voor ons. En zelfs als die laatste nooit uitgeroepen wordt, zullen we voortaan leven onder de dreiging ervan. Tot het vaccin gevonden is, ja. En als dat niet gevonden wordt? Als er nieuwe virussen verschijnen of andere gevaren die voortkomen uit de klimaatverandering?

De angst die ons overviel toen de crisis begon verdwijnt niet zomaar. De norm is voortaan de staat van alarm. Wat wij het nieuwe normaal noemen is niet meer dan een fase daarbinnen, altijd tijdelijk, precair en instabiel. 

Meer of minder neoliberaal
We kunnen twee versies van dit normaliseringsproces onderscheiden, twee vormen van aanpassing, twee vormen van regeren die tegelijkertijd twee vormen van subjectivering zijn – dat wil zeggen: twee vormen om het leven te leiden en met de dingen om te gaan. 

De neoliberaal-neoliberale variant draagt de naam van Trump, Bolsonaro of Johnson. Is de economie belangrijker dan het leven? Nee. De economie ís het leven. Kost wat het koste terug naar de normaliteit, zo snel mogelijk! Een aanhanger van Trump schreef op een spandoek “Offer de zwakken op!” Leven is productiviteit, ondernemen, iedereen is ondernemer van zichzelf en wie niet mee kan komen heeft pech. 

Necro-politiek en necro-logica: Delen van de bevolking worden tot nuttelozen, overbodigen bestempeld. Precies dat wat Hannah Arendt in The Origins of Totalitarianism aanwees als noodzakelijke voorwaarde voor de opkomst van het nazisme. 

Grieshaber Feuervogel Titelblatt B 2716 x 3655 Presse 650x875

Maar laten onze verontwaardiging even bedwingen. Dat spandoek heeft alleen het impliciete expliciet gemaakt en daar zouden we dankbaar voor moeten zijn. De necrologia heeft haar stempel op onze instituties gedrukt. Denk aan de instellingen waar zoveel oude mensen gestorven zijn. De normaliserende blik die de vragen over deze veelvuldige dood laat verstommen heeft ons allen in zijn greep. 

De sociaaldemocratisch-neoliberale variant draagt de naam van Pedro Sánchez of van Alfredo Fernández in Argentinië. Veel socialer, vriendelijker en menselijker. Maar toch: ook hier worden kosten en baten berekend over delen van de bevolking die als arbeidskracht beschouwd worden. Sociale rechten en maatregelen om de gezondheid te beschermen vinden plaats binnen een kader waar niet aan gemorreld mag worden. Spanje leeft van het toerisme, andere landen hebben andere sectoren die economisch onmisbaar zijn en die bepalen het kader. Fundamentele veranderingen zijn onmogelijk. 

Laten we niet het onmogelijke vragen: veranderingen zijn altijd het gevolg van een nieuwe visie op de werkelijkheid, een nieuwe kijk op de zin van het leven. Daar is meer voor nodig dan je van een regering kan verwachten.

Ruimte voor vragen en verandering
Zoveel vragen, zoveel verontrusting, zoveel zin in iets anders. Ze buitelen over elkaar heen en hebben een enorm potentieel. 
Wat is de uitdaging? Het existentiële, het politieke, de vragen en de impuls tot verandering met elkaar verbinden. Alleen wanneer deze dimensies aan elkaar gekoppeld worden is er politieke energie. Zo was het in 2011 toen in heel Spanje en later ook elders pleinen bezet werden. Zo was het op 8 maart tijdens de vrouwenstaking en zo is het nu in de strijd tegen racisme.  

Sociale transformatie vergt meer dan een reeks problemen die gearticuleerd worden als eisen aan de staat. Die gaat ook over de expressie van radicale levensvragen die plotseling gedeeld worden en zo collectieve vragen worden. 

Als het existentiële gescheiden wordt van het politieke blijven wij zwak. Het politieke verwordt tot partij, identiteit en ideologie; voor het existentiële gaan we in therapie. 
Pogingen tot sociale transformatie die zich beperkten tot een zuiver objectieve, structurele vernieuwing hebben keer op keer gefaald. Links zonder subject - daarover klaagde de Argentijnse denker Leon Rozitcher 50 jaar geleden al - bestaat nog steeds. 

Links zonder subject bekommert zich om politiek zonder existentiële dimensie en therapeuten bekommeren zich om het existentiële zonder politieke dimensie. 
Het subject van verandering is geen drager van economisch of sociologische determinanten maar heeft ruimte nodig waarin vragen, verontrusting en verlangens besproken en uitgewerkt kunnen worden. Ruimte die individueel én collectief is. 

De kracht tot verandering hangt af van de capaciteit om het geheel van vragen, verontrusting en verlangens, onze gekwetste subjectiviteit en niet te vergeten, het feit dat we ons zo ‘raar’ voelen tot uitdrukking te brengen. 

 

Vertaling: Michi Almer

Noot 1: De Spaanse overheid heeft een plan ontworpen om van een zeer strikte lock-down naar een ‘nieuw normaal’ te komen. Dat plan bestaat uit verschillende fases die steeds meer vrijheden aan de burgers geven.

Oorspronkelijke titel: Estar raros, contra la vieja y la nueva normalidad, zie: https://www.eldiario.es/interferencias/raros_6_1039806037.html

Illustraties:  Arthur Dove en H.A.P. Grieshaber