De angst voor erfelijke gekte
3 mei 2018 • Marienelle Andringa • PSYCHIATRIE IN DE FAMILIE
Antoinette Beumer groeide op met de angst om net zo gek te worden als haar vader. In haar boek Mijn vader is een vliegtuig laat ze hoofdpersoon Eva lijstjes maken om haar angsten te bezweren. In Het Dolhuys in Haarlem vertelde Beumer, regisseur van succesvolle films als Goudkust en De gelukkige huisvrouw, over haar schrijfproces en de verhouding van feit en fictie in haar literaire debuut.
Onvoorspelbare vader
Antoinette’s vader werd rond zijn veertigste jaar psychiatrisch patiënt. Door een samenloop van omstandigheden raakte zijn leven ontwricht: zijn huwelijk liep op de klippen en op zijn werk liep het spaak. De bodem van zijn bestaan viel weg en hij werd opgenomen in een psychiatrische inrichting. Rond haar veertigste overkwam Antoinette iets soortgelijks. Haar eigen huwelijk ontplofte, ze kreeg een inzinking en dacht: ‘Als ik dezelfde gekte heb als mijn vader, word ik nu gek.’
Toen Antoinette zeventien was, zakte haar vader in een paar maanden tijd weg in een psychose. In die periode kreeg hij meerdere diagnoses, van schizofreen tot bipolair. Ze was in die tijd niet echt close met hem. Hij was als vader afwezig omdat hij als purser op een vliegtuig de hele wereld afreisde en thuis veel last had van jetlags. Hij had voortdurend slaapproblemen en ‘was vrij dominant in huis,’ vertelt Antoinette. Zijn gedrag was heel onvoorspelbaar. De stemming kon ineens omslaan en ‘je wist nooit wie er in de keuken stond’.
Het manipulatieve van gek zijn
De ouders van Antoinette gingen uit elkaar en haar vader werd kort daarna opgenomen in een psychiatrische inrichting. Als oudste dochter uit een gezin van drie kwam een deel van de zorg voor haar vader op haar schouders terecht. Ze werd zijn voogd. In het begin ging ze tegen hem in, maar ze voelde zich ook verantwoordelijk. Er zijn periodes geweest waarin ze het contact korte en langere tijd heeft verbroken. Dan was hij zo agressief dat er niet met hem te praten was. Wat in zijn agressieve periodes opviel was zijn vermogen om te kwetsen en het ‘manipulatieve van gek zijn. Hij belazerde de boel. Zonder remmingen,’ zegt de filmmaakster.
De moeder van Antoinette wilde dat ze een band hield met haar vader. Daarom bezocht de jonge Antoinette hem regelmatig na zijn opname. Dit heeft ze als een zeer onveilige tijd ervaren. Ze voelde zich niet gezien. De sfeer van angst en boosheid die in de inrichting hing, was niet fijn. Bovendien: ‘Je wil niet voor je vader zorgen.’
Geen autobiografie
Antoinette Beumer heeft er bewust voor gekozen om geen autobiografie te schrijven, maar ze heeft ook niet veel research gedaan. Mijn vader is een vliegtuig is een roman waarvoor ze heeft geput uit haar persoonlijke ervaringen. De beschrijvingen van de inrichtingen en de gebeurtenissen zijn ‘een mix van werkelijkheid en fictie’. Het interieur van de inrichting in het boek is bijvoorbeeld een combinatie van Vogelensang en de Valeriuskliniek. Mensen die deze inrichtingen van binnen hebben gezien, zullen details herkennen maar ook elementen missen. Zoals een gedetailleerd beschreven glas-in-loodraam bij een niet bestaande trap.
Antoinette heeft weinig herinneringen aan de tijd dat ze kind was. Voor sommige scènes in het boek heeft ze flink zitten fantaseren. Ook omdat de zussen van Antoinette best bekend zijn, wilde ze geen autobiografie schrijven – om hun privacy te beschermen. Iedereen heeft zijn eigen geschiedenis en ze wil daarom ‘de werkelijkheid’ niet vertellen. Toch kreeg ze van haar zussen te horen dat ze zichzelf herkenden in scènes, terwijl ze dacht dat ze die gebeurtenissen verzonnen had.
Haar vader en moeder zijn inmiddels beiden overleden en dat gaf Antoinette de vrijheid om te schrijven. Ze heeft nu een verhaal geschreven volgens haar ‘eigen regels’. In het boek probeert de hoofdpersoon een doodgezwegen vader terug te vinden. De moeder in het boek wil dat haar dochter haar mond dichthoudt. In haar eigen leven was haar moeder juist ‘een constante factor’ die niets probeerde te verbergen. Dit aspect is dus niet autobiografisch.
Soort chemische fabriek
Haar eigen verhaal wil Antoinette wel delen met de aanwezigen in de intieme zaal in Het Dolhuys. De vakanties waren bijvoorbeeld leuk, herinnert ze zich. Toch waren ze nooit helemaal ontspannen, want ‘de onvoorspelbaarheid was het ergst’. Haar vader kon iedereen om zich heen vreselijk kwetsen en het was soms alsof ze ‘met twee verschillende personen’ op vakantie was.
Voor zijn veertigste was haar vader purser en fotomodel, ‘echt een knappe man die de hele wereld rondreisde,’ maar uiteindelijk werd hij een soort ‘chemische fabriek’. Zijn leven stond of viel met medicatie: die kreeg hij in hoge doses. Dan leek het iets beter met hem te gaan, vervolgens stopte hij met zijn medicijnen en ontregelde hij. Daarna begon de cyclus opnieuw met een hoge dosis medicatie. Zijn gevoelsleven zwakte af, dan stopte hij weer met de medicatie en was weer terug bij af. En dat dertig jaar lang. ‘Het is een ingewikkelde ziekte,’ verzucht Antoinette. Na zijn opname in de inrichting veranderde haar vaders uiterlijk. Het proces van fysieke aftakeling verliep snel. Binnen een paar maanden verviel zijn voorbeeldige voorkomen naar een persoon die vies en dik was. Zijn gebit ging kapot. Hij begon te roken en rook naar teer en nicotine.
Sadistische en egoïstische kanten
In Het Dolhuys ontstaat een discussie over het sadisme en egoïsme dat de vader van Antoinette in zijn psychose heeft laten zien. Hij kon feilloos zwakke plekken blootleggen en wist waar de angst van de ander zat. Door de aanwezigen wordt gespeculeerd dat iedereen latent kwetsend gedrag kan vertonen. In een psychotische toestand kan iemand ziek worden van angst en verdwijnen alle remmingen. Het gedrag van een zieke is soms asocialer, bijna als dat van een kind, maar met de verbale mogelijkheden van een volwassene. Net als iemand die psychisch ziek is, weet een kind precies hoe de ander gemanipuleerd kan worden.
Antoinette vertelt dat ze zich een tijdlang heel kwetsbaar voelde en zich probeerde af te sluiten. ‘Als alles binnenkwam, verkruimelde ik.’ Het kwetsen zou een manier kunnen zijn om afstand te creëren. Een conclusie is dat het kantelpunt naar gekte soms een kleine verstoring kan zijn. Het kan iedereen overkomen. ‘Als je er met mensen over gaat praten, is er altijd wel een ouder of kind in de familie met psychiatrische problemen.’
Het schrijven van Mijn vader is een vliegtuig was voor Antoinette een nieuwe manier om met haar ervaringen om te gaan. De verfilming van het boek is haar volgende project. Ze heeft eerder geprobeerd om een deel van het leven van haar vader op film vast te leggen. Ze stond met een camera in haar hand en vroeg wat hij haar wilde vertellen. Hij keek recht in de camera en zei: ‘Hoe Antoinette, Famke en Marjolein hun vader zijn kwijtgeraakt.’
Antoinette Beumer, Mijn vader is een vliegtuig. Uitgeverij Lebowski, 2018, 240 blz, € 19,99. Beumer sprak op 19 april met Carine Neefjes in Het Dolhuys in Haarlem.